
Maar de optelsom van leuke dingen kan ook te veel van het goede zijn, zeker na een energievretend slot van het schooljaar. Daarom is m'n de basiswens dit jaar de reisafstanden naar vakantieplekjes in het tweede deel te beperken. Geen Frankrijk, geen Zwitserland dus, maar wat naburige steden en opnieuw Friesland.
De persoonlijke voorkeur gaat uit naar een vakantiestart in Amsterdam, in combinatie met een bezoek aan een, van een zware operatie herstellende vriendin, Rusz. Dat voorstel haalt het niet, heeft zelfs geen enkele kans. Annet benoemt wat ik zelf ook weet doch graag ontken: die stad levert me in deze toestand te veel prikkels op, ook negatief. Decennia lang, eigenlijk sinds de befaamde Provo-tijd, heeft Amsterdam me een paar keer per jaar hetzelfde gevoel als elke geboren Amsterdammer bezorgd: hier gebeurt het en dus wil ik er zijn. Maar de laatste tijd wordt dat gevoel minder. Ik geniet bijvoorbeeld nog steeds van een ontbijt in de foyer van het Concertgebouw of van een picknick in het Vondelpark. In de musea of op de bovenste verdieping van de bieb, in Carré en bij de kleine festivals. Voel me thuis als het veertje achter CS me weer eens naar de NDSM-werf brengt of als ik me opnieuw vergaap aan bijvoorbeeld de prachtige boekencollectie bij MENDO in een van de Negen Straatjes. Maar tegelijk erger ik me aan de toenemende chaos, die al begint als je je auto in het P+R-deel van de Arena parkeert en een vervolg krijgt als je in de binnenstad de terreur van fietsers moet ondergaan. En aan de vervuiling, de bespottelijke hotelprijzen als er ook maar even een wat groter evenement is en de Amsterdamse humor die steeds meer trekjes van bijtend sarcasme dan van (h)eerlijke zelfspot vertoont. Toch houd ik nog steeds van de stad en vind ik de recente kwalificatie van hoofddirecteur Wim Pijbes van het Rijksmuseum - 'Amsterdam is vies, vuig en vol' - te sterk, maar ik voel als niet-Amsterdammer wel aan waarom hij zich tot die uitspraak heeft laten verleiden.
Het is altijd mooi als 'werk' en vrije tijd samenkomen. Dus zorgt de presentatie van Guus Hiddink als nieuwe bondscoach er op 1 augustus voor dat we onze vakantie 2014 starten in Utrecht en Zeist. Vooral de Domstad verrast ons aangenaam en is meer dan een redelijk alternatief voor de hoofdstad. We worden zelfs opnieuw verliefd op een stad. Het begint al meteen met de P+R-locatie De Uithof. Overzichtelijk, geen gedoe met kaartjes, maar één ticket van 5 euro om in- en uit te rijden en een dag gratis openbaar vervoer. Betekent al minimaal twintig minuten minder stress dan in de Arena.
Al snel ontdekken we, wandelend door de oude binnenstad, hoeveel zachter de stad Utrecht, haar inwoners en bezoekers zijn. De ultieme verpersoonlijking daarvan vinden we in Sjaak. Tegenover het stadhuis (Korte Minrebroedersstraat 5) ben je niet alleen een gelukkig mens als je in zijn lunchroom 'De Burgemeester' een van zijn vier verse soepen, boterhammen, broodjes, panini's, muffins of brownies proeft, maar vooral ook als je ziet met hoeveel liefde hij elke gast bedient of de kussentjes onder de grote boom aan de overkant rangschikt. Alles ademt rust, betrokkenheid en vakmanschap uit. Sjaak kijkt je nog met een echte, warme glimlach aan, telt eerlijke prijzen, heeft oog voor details en zijn geheugen is nog niet vervangen door een zakcomputer. Even blij verrast zijn we door de omgeving van het Domplein met een prachtige binnentuin (Pandhof) en Flora's hofje.
We ondergaan hoe ook de mensen om ons heen daardoor in de slow-stand worden geplaatst. Precies wat we nodig hadden.
We ronden deze ontspannen eerste vakantiedag af met een ijsgerecht op het zonnige terras van 'ons' hotel Oud-London in Zeist, op loopafstand van de plek waar Hiddink de volgende dag aan zijn nieuwe uitdaging begint als 67-jarige. Hoopvol, nietwaar....(wordt vervolgd).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten